Hanakoi zwaait uit met haar man die naar zijn werk gaat. De buurman bleek daar het vuilnis weg te gooien. Hanakoi waarschuwde de man voor het sorteren van het afval en kreeg ruzie met de man. De man die boos was op Hanakoi's houding dacht dat hij Hanakoi met hypnose tot de zijne zou maken en manipuleren. Hij stemde in en scheen plotseling een licht op Hanakoi die naar buiten kwam en zei: "Je kunt niet tegen me ingaan..."