Konijnen, ik zal ze op een verantwoorde manier grootbrengen. In een oud huurhuis dat op instorten staat, woont een man die niet goed is in socialiseren en alleen zijn hart kan vergeven aan konijnen. Hij kwam nauwelijks rond met het schamele inkomen dat hij verdiende als konijnenfokker en het spaargeld van zijn grootouders, die weduwe waren, maar op een dag werd hij door een huisbaas gevraagd om huur te betalen. Ik kan niet goed opschieten met de maatschappij, ik kan niet goed omgaan met anderen. Ik weet niet hoe ik een glimlach moet maken. Ik werd berispt en belachelijk gemaakt vanwege de menselijkheid van zo'n man, en ik werd gedwongen om haast te maken met het fokken van konijnen als zoiets geld kon opleveren. Stress en een onbevredigd libido die zich elke dag opstapelen. De man blijft onmogelijke waanideeën koesteren in zijn afsluitende denkgeest en denkt aan verlossing. "Snikken... Momo-chan, een schattig konijn dat alleen van mij houdt. Ik wou dat je een mens was. Dan kan ik mijn best doen." Het was een wens die niet vervuld kon worden. Toen de man echter opkeek, zag hij daar een konijnenmeisje staan met een glimlach op haar gezicht. Is dit een droom of een illusie? Het maakt niet uit. Ik wil gewoon met je in mijn armen slapen tot ik er genoeg van heb. Een eenzame man die geen goede relatie met mensen kan opbouwen, leeft een paar dagen als een dagdroom tussen realiteit en waan. Een verslag van zijn fokkerij en partijdigheid.